Epigenetica

Epigenetica heeft alles te maken met “boven de genen” staande factoren (“epi”betekent “boven”). Dit zijn alle factoren in de ruime omgeving van de genen die in staat zijn genetische processen te beïnvloeden. Je hebt veel meer invloed op de expressie van je genen dan je denkt. Denk hierbij aan voeding, stress, beweging, toxinen, ervaringen, gedachten, dag- en nachtritme, etc. De omgevingsfactoren overschaduwen de invloed van de meeste erfelijke factoren. Het functioneren van een lichaamscel wordt primair gemoduleerd door de interactie van de cel met de omgeving. Ervaringen en leefomstandigheden kunnen de erfelijke aanleg beïnvloeden. Uitgangspunt van de epigenetica is de de kPNI, de klinische Pscycho- Neuro- Endocrino-Immunologie. Hierbij wordt gekeken naar de interactie van de orgaansystemen in combinatie met omgevingsfactoren (evolutionaire biologie). Een verstoring op het ene niveau kan veranderingen op een ander niveau teweeg brengen.

Epifysiologie

Fysiologie heeft te maken met de werking van het lichaam. Bij epifysiologie wordt gekeken naar tal van bovenlichamelijke processen. Elke ziekte/klacht/probleem kent een lichamelijk stuk en een geestelijk emotioneel stuk. Het geestelijk-emotionele deel gaat over de binnenkant. Dingen die je niet meteen ziet, maar die er wel toe doen.